• 13 jun 2018
  • Blog
  • Vermogensbeheer

Ook de teerzandsector verdient een goede aandeelhoudersdialoog

Bijdragen aan het realiseren van het klimaatakkoord, betekent het ontwikkelen van betrokken aandeelhouderschap, schrijft Eloy Lindeijer.

Milieuorganisatie Greenpeace heeft PGGM en haar grootste klant Pensioenfonds Zorg en Welzijn aangesproken op beleggingen in ondernemingen die pijpleidingen aanleggen voor het transport van teerzandolie. Het gaat om Enbridge, Energy Transfer Partners en TransCanada, waar 66 miljoen euro in is belegd, driehonderdste procent van het PFZW-kapitaal.

Greenpeace eist dat deze beleggingen worden verkocht. Met de winning van olie uit teerzand wordt veel CO2 geproduceerd, en Greenpeace is van mening dat het in stand houden van een teerzandinfrastructuur zich niet verhoudt tot het verwezenlijken van het klimaatakkoord van Parijs, dat ook PGGM en PFZW ondersteunen.

PGGM, als wereldwijde belegger met kapitaal gealloceerd in zeer uiteenlopende sectoren, wordt vaker door niet-gouvernementele organisaties aangesproken op specifieke beleggingen. We gaan het gesprek altijd aan, ook in dit geval. We kunnen de wensen echter vaak niet honoreren – de optelsom van alle wensen verhoudt zich niet tot onze centrale opdracht: financieel rendement genereren voor voldoende pensioen, met inachtneming van duurzaamheid.

Aan Greenpeace, en ieder ander die het wil horen, leggen we uit dat we als pensioenbelegger aan ‘Parijs’ willen voldoen, maar langs een andere weg dan de milieuorganisatie van ons eist. De totale CO2-voetafdruk van de PFZW-aandelenportefeuille was eind vorig jaar 28 procent kleiner dan twee jaar daarvoor. Over anderhalf jaar moet die voetafdruk zijn gehalveerd. Het is een eerste, belangrijke stap in de richting die de maatschappij moet zetten richting een CO2-neutrale wereld.

Tegelijkertijd heeft PGGM, in opdracht van PFZW, stevige ambities als het gaat om het beleggen in klimaatoplossingen (als onderdeel van ons grotere impact-beleggingspro-gramma). Eind 2017 hadden we 6,4 miljard euro belegd in ondernemingen en projecten die klimaatoplossingen bieden, waaronder duurzaam vastgoed. We stimuleren dat er een goed ontwikkelde wereldwijde markt voor pure impactbeleggingen kan ontstaan.

Toch houden we onze belangen in de drie genoemde ondernemingen. Waarom vasthouden aan iets dat maar 0,03 procent van de klantportefeuille beslaat? Waarom niet verkopen, is de vraag die we altijd krijgen.

De kern zit ’m in de principiële keuze van de klant om, waar het gaat om aandelen, vooral een passieve belegger te zijn, met een wereldwijd gespreide portefeuille in alle sectoren van de economie. Risico’s blijven daarmee beperkt, de winnaars van vandaag en morgen zitten er altijd tussen, en de beheerkosten zijn laag. Een klein deel is actief belegd: het op specifieke impact gerichte deel.

PFZW is zich bewust van de voorkeuren van haar deelnemers en van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid als grote belegger. Zij wil daarom de negatieve bij-effecten van haar passief belegde kapitaal zo klein mogelijk houden. Beleggingen in ondernemingen met de grootste CO2-voetafdruk (waaronder één teerzand-pijpleidingenbedrijf) worden verkocht.

Minstens zo belangrijk is dat PGGM namens PFZW met ondernemingen een permanente dialoog voert om ze aan te zetten tot duurzamer gedrag, zich voor te bereiden en waar mogelijk bij te dragen aan de onvermijdelijke energietransitie en daarover te rapporteren. Dit betrokken aandeelhouderschap staat centraal in onze aanpak. Enbridge, Energy Transfer Partners en TransCanada zijn elk op hun eigen manier bezig met de energietransitie en rol die zij voor zichzelf zien. Pijpleidingenbedrijven zijn nog overwegend actief in de fossiele energie, maar bij de koplopers groeit nu al het belang van duurzame energie.

Betrokken aandeelhouderschap vereist uithoudingsvermogen en vraagt de inzet van hoogwaardige kennis om een vruchtbare dialoog met een ondernemingsbestuur te kunnen voeren en maximale invloed uit te oefenen. PGGM heeft daar jarenlang in geïnvesteerd, en met resultaat. Wij denken, en we staan daarin niet alleen, dat energie-ondernemingen gebaat zijn bij kritische, actieve aandeelhouders die ondernemingen bij de les houden en prikkelen tot meer sturing op duurzaamheid.

Het eenvoudigweg verkopen van aandelen alleen poetst problemen niet weg. Wel in de cijfers van PFZW wellicht, maar niet voor de wereld. Er zijn immers meer dan genoeg kopers voor zulke aandelen die geen ervaring hebben met het voeren van een goede duurzaamheidsdialoog met een onderneming, en die intentie ook niet hebben. PGGM en PFZW willen die verantwoordelijkheid niet ontlopen.

Artikel delen of printen

klik op het icoon